In 1900 telt de gemeente Nuenen, Gerwen en Nederwetten 2403 inwoners. Naast de standvastige Nuenense families waren er in de 19e eeuw nieuwe familienamen bijgekomen o.a. van protestantse ondernemers zoals Buijsman, de Kruijff en Tirion, die een belangrijke rol gaan spelen in het lokale maatschappelijke leven. Hiermee vergeleken zijn dominees vaak kortdurende passanten zoals de predikanten Beijer en de Kloet.

Johannes Beijer (1857-?)

1905 – 1907 Johannes Beijer

Er is niet veel over hem bekend maar we weten dat hij op 30 juni 1857 in Leeuwarden is geboren. Zijn vader, Johannes Beijer sr., was eveneens predikant in Leeuwarden en emigreert in 1861 naar Zuid-Afrika. Hij doet daarvan uitvoerig verslag in een in 1862 gepubliceerd journaal over zijn maandenlange bootreis naar oranje Vrijstaat. Naast Johannes jr. telde het gezin nog vier dochters, van wie de laatste bij de geboorte in 1860 is overleden. Ook zijn moeder overlijdt kort daarna en waarschijnlijk is dit ook de reden voor de emigratie naar Zuid-Afrika.

In een kroniek uit Zuid-Afrika is het volgende te lezen: “Die wewenaar met sy vier kindertjes vertrek in Julie 1861 met De Zaanstroom uit Nederland. Hullie wordt vergesel door hulle agten-dertigjarige dienstmeisie, Breitske van der Heide, afkomstig van Zwolle. Tussen haar en Beijer ontwikel ‘n verhouding wat, agterna besien, die lewe en werk van beijer in ‘n tragiek verander het”. Over deze tragiek wordt verder niets verteld.

Dominee Beijer wordt in 1905 in Nuenen bevestigd in zijn ambt, maar over de voorgaande periode is zijn leven is verder niets bekend maar uit zijn huwelijk met Alberdina Alting uit Groningen zijn drie dochters geboren, die achtereenvolgens geboren zijn in IJsselmuiden, Maartensdijk en Eemnes. Dit zijn vermoedelijk eerdere standplaatsen van Johannes Beijer jr.

Al in 1907 vertrekt hij om gezondheidsredenen met zijn gezin naar ‘s-Gravenhage.

 

 

1908 – 1910 Cors de Kloet

Hij wordt in januari 1908 bevestigd in Nuenen, wat zijn eerste standplaats is. Hij is in 1883 in Weesp geboren  en zijn moeder verhuist met hem mee naar Nuenen; zijn vader is dan al enkele jaren eerder overleden.

Mogelijk heeft hij ook kunnen profiteren van een douceurtje, postuum verstrekt door Margot Begemann. Zij had in haar testament opgenomen dat een bedrag van 750 gulden moest worden geschonken aan de Nederlands Hervormde Gemeente van Nuenen met de verplichting dit bedrag te besteden aan een verhoging van het salaris van de Predikant. Margot Begemann is op 11 februari 1907 in Den Haag overleden.

In 1910 vertrekt dominee de Kloet met zijn moeder naar zijn nieuwe standplaats Uitgeest en daarna zal hij nog in een aantal andere plaatsen zijn ambt uitoefenen namelijk in Marssum, Veendam, Den Helder en Purmerend.

In 1994 gaat hij met emeritaat en hij overlijdt in 1961 te Amsterdam, waar hij op de Oosterbegraafplaats ter aarde is besteld.

Cors Cornelis de Kloet (1883-1961)

Bartholomeus de Ligt (1883-1938)

1910 – 1916 Bartholomeus de Ligt

Nuenen brengt hem de omgeving waar hij naar verlangd heeft met natuur, rust studie en cultuur, waarbij Guido Gezelle en Vincent van Gogh zijn inspirators zijn. Hij trekt kunstenaars aan zoals Nico Eekman en Alfons Blomme, beiden uit België gevlucht vanwege de dreigende oorlog. In de persoon van Sien Begemann, een nichtje van Margot, heeft hij ook een uitgesproken medestander.

Als predikant heeft hij ook zijn eigen stijl en hij stelt zich steeds vrijzinniger op. Rond hem wordt een discussieclub gevormd met o.a. de dominees de Jong uit Helmond en van Peursem uit Eindhoven. Hij publiceert brochures en artikelen, die aanleiding geven tot conflicten met het kerkelijk en wereldlijk gezag, maar ook met kerkgangers. Dit culmineert als hij op 3 augustus 1914 het manifest “De schuld der kerken” publiceert, wat voor het militaire gezag in Eindhoven aanleiding is om het in beslag te nemen vanwege het zogenaamde opruiende karakter.

In 1915 zijn enkele preken de aanleiding, dat hij verbannen wordt uit de zuidelijke provincies waarop hij in 1916 zijn ontslag aanbiedt. Zijn verdere persoonlijke ontwikkeling leidt in 1919 tot zijn afscheid van het christendom en hij blijft zich in geschriften en spreekbeurten verzetten tegen oorlog en geweld als een echte pacifist.

In 1925 verhuist hij naar Zwitserland waar hij o.a. een biografie over de vrijdenker Desiderius Erasmus schrijft. Hij overlijdt in 1938 op 55-jarige leeftijd aan een hartaanval op het station van Nantes.

 

1917 – 1918 Thomas Eekman

Het is waarschijnlijk dat hij beantwoordde aan het profiel om een gematigd predikant aan te trekken, die in het openbare leven niet zo op de voorgrond treedt. Hij is afkomstig uit Brussel, waar zijn vader fabrikant is. Zijn broer Nico Eekman, architect, start in deze periode zijn artistieke carrière vanuit de pastorie in Nuenen.Thomas volgt de opleiding tot predikant aan de universiteit van Utrecht. In 1917 komt hij vanuit Zeist naar Nuenen, waar hij bevestigd wordt.

In 1922 treedt hij in het huwelijk met dorpsgenote Anna de Kruijff, dochter van Jan de Kruijff en Anna Raue. Uit dit huwelijk wordt o.a. de derde generatie Thomas Eekman geboren, later veelgelauwerd hoogleraar Slavistiek. Daarnaast zijn er nog een dochter en een zoon geboren. 

In 1918 wordt hij benoemd tot predikant aan de Eglise Wallonne te Haarlem, waarbij zijn uitstekende kennis van het Frans hem ongetwijfeld geholpen heeft.

In de loop van zijn verdere loopbaan volgt hij steeds meer het pad van het humanisme en de vrijzinnigheid en na zijn predikantschap in de Eglise Wallonne wordt hij leraar Franse taal- en letterkunde aan een H.B.S. in Amsterdam. Hij is een groot bewonderaar van de bekende dominee Buskes. Hij overlijdt in 1963 te Huizen.

Thomas Eekman (1885-1963)

Pieter Snoep (1869-1919)

1919 Pieter Snoep

Dominee Pieter Snoep is de predikant met de kortste pastoraatsperiode in Nuenen, omdat hij al een maand na zijn aantreden acuut aan een hartverlamming overlijdt. Hij is geboren in Goes en studeert aan het stadsgymnasium te Doetinchem, een internaat, gesticht door de afgescheiden predikant van Dijk, en bedoeld voor studenten, die predikant willen worden maar over onvoldoende financiële middelen beschikken. Hierna studeert hij theologie te Utrecht.

Voor zijn benoeming te Nuenen is Snoep al predikant geweest te Waarde (Zeeland), Linschoten, Aagekerken en Elst.

Na zijn overlijden komt dochter Maria vanuit Den Haag bij haar moeder wonen maar zij keert al weer snel terug. Zijn twee zoons zijn eveneens predikant geworden. Zijn weduwe vertrekt in 1920 naar Ten Boer in de provincie Groningen. Zelf ligt hij begraven op de begraafplaats aan de Broekdijk.

Nune Ville

In de periode van 1923 tot 1954 betrekken drie dominees Nune Ville als ambtswoning. De oude pastorie uit 1764 wordt ingewisseld voor de naastgelegen villa, in 1874 gebouwd door dominee Willem Begemann, omdat deze comfortabeler en meer representatief wordt geacht. Zijn dochter Wilhelmina Begemann (1836-1922) laat de villa bij testament na aan de Hervormde Gemeente Nuenen.

1922 – 1928 Gerrit Jan van der Burgt

Na het gymnasium in Doetinchem, de eerder genoemde van Dijkinstelling, gaat hij theologie studeren in Leiden. In 1922 trouwt hij met Duivina Boersma en vestigt zich in Nuenen als dominee. Hij maakt van zijn hart geen moordkuil en geeft aan erg op te zien tegen de wekelijkse kerkdienst en bijbehorende gang naar de kansel.

In 1923 schrijft hij nog een brief aan het gemeentebestuur met het verzoek om de jaarlijkse kermis, die mede ook plaatsvindt op Het Venneke naast de protestantse kerk, op zondagmiddag van twee uur tot half vijf te verbieden tijdens de kerkdienst. Uit de reactie van het gemeentebestuur blijkt er een compromis gevonden te zijn. De kerkdienst begint een uur vroeger en de kermis mag om half vier beginnen.

In de zomer van 1928 wordt dominee van der Burgt beroepen te Giethoorn en op 5 augustus van dat jaar vertrekt hij met zijn gezin, dat inmiddels drie dochters in Nuenen heeft gekregen, naar de nieuwe standplaats.

Gerrit Jan van der Burgt (1897-1980)

Engelbert Plug (1895-1970)

1929 – 1946 Engelbert Adriaan Johannes (Hans) Plug

Dominee Plug komt uit een predikantenfamilie en is in Katwijk aan Zee geboren. Hij voltooit zijn studie in Utrecht en hoorde tot een groep die zich van de Hervormde Kerk had afgescheiden, de Kruisgemeente. Zijn eerste standplaats was Someren.

In januari 1929 arriveert hij als predikant in Nuenen, waarbij hij Nuenen, Geldrop en de Eindhovense wijk Tivoli bedient. Hij is de laatste dominee met de zorg voor de protestanten in Geldrop, want in 1947 krijgt Geldrop een eigen predikant.

Hij stond bekend als een beminnelijk zielenherder met een liefde voor klassieke muziek. Deze liefde voor muziek deelt hij met zijn buurman Hofkes, die in de voormalige pastorie woont. Hij studeert ook liederen in met de latere kosteres Mien van de Burg, die dan spinet speelt in haar kleine “wevershuisje” aan de Berg.

Naast zijn gemeente heeft hij nog enkele nevenfuncties zoals het predikantschap van het Diakonessenhuis in Eindhoven, is hij inspecteur van de protestantse vereniging Kinderzorg en in het classicaal bestuur is hij actief assessor, vicevoorzitter.

In 1946 wordt hij beroepen te Egmond a/d Hoef, waar hij heeft gewerkt tot zijn emeritaat. Hij overlijdt op 9 december 1970 en wordt in Baarn begraven.

Na zijn dienstverband krijgt Geldrop (samen met de wijk Tivoli in Eindhoven) een eigen predikant door de sterke groei van de Hervormde Gemeentes in zowel Nuenen als Geldrop. 

 

1948 – 1954 Gerardus Franciscus Cornelis Bakker

Uiteindelijk wordt dominee Bakker geschikt bevonden als opvolger van de geliefde dominee Plug.  Hij is in 1897 geboren in Amsterdam en vertrekt in 1924 als zendeling-leraar naar Borneo in toenmalig Nederlands-Indië, later naar Sumatra. Zijn vier kinderen uit zijn huwelijk met Maria Jacoba Valkenburgh worden allen daar geboren. In 1946 wordt hij gerepatrieerd met zijn gezin en na een kort tussenverblijf in Hillegersberg in 1948 in Nuenen bevestigd.als dominee. 

Financieel heeft hij het aanvankelijk moeilijk  en ook wijst hij in 1949 de kerkvoogdij op de extra kosten voor de restauratie van het kerkje aan de Papenvoort. Hij suggereert tevens dat de oude pastorie aan de Berg deze functie weer moet terugkrijgen maar op dat moment is er nog geen duidelijkheid over de restauratie door monumentenzorg. Door zijn overlijden in 1954 zal hij niet meer meemaken dat de oude pastorie zijn functie weer terugkrijgt.

Hij levert een belangrijke bijdrage aan het protestantse onderwijs in Nuenen door zijn inspanning om tot een protestants-christelijke basisschool in Nuenen te komen. In 1950 start de protestantse school in de voormalige openbare school aan het Park met 29 leerlingen. Aanvankelijk kampte de school met problemen als geringe aanwas, personeelswisselingen en discussies over de bestuursvorm en de groei in de jaren zestig heeft hij niet meer meegemaakt. Maar het feit dat de school zijn naam heeft gedragen, totdat zij in een fusieproces opging, is een bevestiging van zijn grote verdienste.

Op 5 november 1954 is hij in Eindhoven overleden.

Gerardus Franciscus Cornelis Bakker (1897-1954)

Bronnen voor dit artikel:

Religieus Erfgoed Nuenen c.a. (2018); samensteller Jos Thielemans, uitgegeven door heemkundekring Drijehornick

Van domineeshuis tot van Goghhuis (2016) door Peter van Overbruggen en Jos Thielemans, uitgegeven door de Protestantse Gemeente Nuenen